Sta je aan de pomp of in de schappen te turen naar al die kannen met 0W20, 5W30 en 5W40 en vraag je je af welke motor olie je nodig hebt? Je bent niet de enige. De juiste olie kiezen lijkt lastig, maar met een paar heldere stappen maak je snel een veilige keuze. In dit artikel leg ik in begrijpelijke taal uit waar je op let, waarom die codes belangrijk zijn en hoe je olie peilt en bijvult. Zo rijd je zuiniger, schoner en bescherm je je motor maximaal.
Snel antwoord in drie stappen
- Check het instructieboekje of servicekaartje
Daar staat meestal de geadviseerde viscositeit en de exacte specificaties. Let niet alleen op 5W30 of 0W20, maar vooral op ACEA, API en eventuele fabrikantgoedkeuringen zoals VW 504 00 507 00, BMW Longlife 04 of MB 229.51.
 - Kies een olie die aan de specificaties voldoet
Merk is minder belangrijk dan de norm die de fabrikant vereist. Zie je dezelfde specificaties en goedkeuringen op het etiket staan, dan zit je goed.
 - Stem af op jouw gebruik binnen de fabrieksgrenzen
Veel korte ritten in de stad vragen vaak om een lagere W waarde voor betere koude smering, lange snelwegkilometers verdragen een iets hogere warme dikte. Blijf altijd binnen wat het boekje toestaat.
 
Wat motorolie doet en waarom dikte telt
Motorolie smeert, koelt, reinigt en beschermt. Ze vormt een film tussen bewegende delen, voert hitte en verbrandingsresten af en houdt vuil in suspensie zodat het in het filter belandt. De dikte, ofwel viscositeit, bepaalt hoe snel de olie op temperatuur op alle plekken komt en hoe sterk de smeerfilm is bij warme belasting.
De aanduiding 5W30 betekent dat de olie koud de eigenschappen heeft die passen bij 5W en bij bedrijfstemperatuur de dikte heeft van een 30. Een 0W20 stroomt bij kou nog sneller, wat gunstig is voor zuinigheid en koude starts. Een 5W40 is bij warmte dikker en kan een stevige film opbouwen, vaak prettig bij hogere motorbelastingen, zolang de fabrikant dit toelaat.
Soorten olie en wanneer je welke kiest
Synthetische olie is chemisch opgebouwd en zeer stabiel. Ze veroudert langzamer en houdt motoren schoon. Moderne benzine en dieselmotoren zijn vrijwel altijd ontworpen voor volsynthetische varianten.
Half synthetisch mengt mineralen en synthetische basisoliën en is een prima middenweg voor oudere of minder veeleisende toepassingen, mits de specificaties kloppen.
Minerale olie past vaak bij klassieke motoren met ruime toleranties. Ze is doorgaans goedkoper, maar moet vaker worden vervangen en is bij kou dikker.
Let op met oudere motoren die lange tijd met minerale olie hebben gelopen. Schakel je over op een sterk reinigende volsynthetische olie, kan opgehoopt vuil loskomen. Houd dan kortere verversingsintervallen aan en monitor het olieverbruik. In mijn werkplaats zie ik dat een rustige overgang met een passende half synthetische olie soms net wat verstandiger is.
Specificaties en approvals die echt belangrijk zijn
Nog belangrijker dan het merk zijn de normen op het etiket:
ACEA classificeert Europese prestaties. A en B voor oudere benzine en diesel, C klassen voor moderne motoren met roetfilter of gevoelige katalysatoren. Rijd je met een auto met roetfilter, kies dan vaak een ACEA C2 of C3 olie. Zo beperk je asvorming en bescherm je uitlaatnabehandeling.
API duidt internationale prestatieniveaus. Voor moderne benzinemotoren is API SP actueel en helpt bijvoorbeeld tegen LSPI, een vroegtijdige ontsteking die vooral kleine turbobenzines kan treffen.
Fabrikantgoedkeuringen zoals VW 504 00 507 00, BMW Longlife 04, MB 229.52 of Ford WSS M2C913 D zijn doorslaggevend. Staat jouw vereiste approval op de fles, dan weet je dat de olie in laboratorium en praktijk aan die motorfamilie is getoetst.
Veelgemaakte fouten die ik vaak zie
Uit de praktijk zijn dit de valkuilen die ik het meest tegenkom:
- 
Blind op 5W30 kiezen zonder naar ACEA of approvals te kijken. De motor loopt dan wel, maar uitlaatnabehandeling of slijtagebescherming kan tekortkomen.
 - 
Te dikke olie nemen om verbruik te verminderen. Dat maskeert soms een probleem en kan koude slijtage verhogen.
 - 
Overvullen. Te veel olie kan schuimen en afdichtingen belasten. Houd tussen minimum en maximum en vul in kleine stappen bij.
 - 
Peilen met warme motor of direct na het uitzetten. Wacht enkele minuten, zet de auto vlak en veeg de peilstok eerst schoon.
 
Olie peilen en veilig bijvullen
- 
Zet de auto vlak neer, wacht na het rijden enkele minuten of peil bij voorkeur met een koude motor.
 - 
Haal de peilstok eruit, veeg schoon, steek terug en lees daarna pas af. Tussen minimum en maximum zit vaak ongeveer een liter.
 - 
Moet je bijvullen, open de olievuldop. Gebruik een trechter om morsen te voorkomen.
 - 
Giet telkens kleine beetjes bij, bijvoorbeeld een kwart liter, wacht even zodat de olie naar het carter zakt en peil opnieuw.
 - 
Stop zodra het niveau net onder of op maximum staat. Liever iets onder max dan erboven.
 - 
Controleer het niveau extra als je op vakantie gaat of met zware belading rijdt. Een belaste motor verbruikt soms meer olie.
 
Typische keuzes toegelicht
0W20 zie je veel bij moderne benzinemotoren die op efficiency zijn ontworpen. Het biedt snelle smering bij kou en helpt brandstof te besparen. Gebruik het alleen als de fabrikant het voorschrijft.
5W30 is een breed inzetbare keuze voor veel recente auto’s. Let goed op ACEA en approvals, vooral bij roetfilters of gevoelige katalysatoren.
5W40 kan bij hogere thermische belasting een stevigere film geven. Geschikt als het instructieboekje het toelaat en bijvoorbeeld bij veel snelweg of bergachtig gebruik.
10W40 kom je vaker tegen bij oudere motoren of simpele benzine en diesel zonder roetfilter. Het start iets stroperiger bij lage temperaturen dan 5W varianten.
Onthoud dat dit algemene richtlijnen zijn. De ontwerpers van jouw motor bepalen het speelveld en daarvan wijk je niet af.
Afstemmen op jouw gebruik
Rijd je vooral korte ritten waarbij de motor zelden op temperatuur komt, dan verdient een lagere W waarde binnen de fabrikantgrenzen de voorkeur. Zo is de olie sneller op de juiste plekken en beperk je koude slijtage. Rijd je veel lange snelwegritten, dan kan een olie met een iets hogere warme dikte binnen de spec de film stabiel houden. Bij hoge kilometerstand met licht olieverbruik kan een stap naar de hogere warme klasse binnen de toelaatbare range soms rust geven, maar ga niet buiten de voorschriften zitten. In de werkplaats zie ik dat trouw aan de approval belangrijker is dan creatief wisselen met diktes.
Wanneer verversen
Houd de interval uit het onderhoudsboekje of het servicemenu aan. Sommige auto’s werken met variabele intervallen en meten kwaliteit en rijprofiel. Rijd je veel korte afstanden, trek de interval wat naar je toe. Vervang altijd het oliefilter mee. Zie je verkleuringen of ruik je brandstof in de olie, wacht dan niet tot de maximale termijn. Regelmatig controleren en tijdig verversen zijn de goedkoopste verzekering voor een lange motorlevensduur.
Samengevat
De vraag welke motor olie heb ik nodig beantwoord je door de juiste combinatie van viscositeit, ACEA of API en vooral de fabrikantgoedkeuringen te kiezen. Stem binnen dat kader af op jouw gebruik, peil regelmatig en vul rustig bij. Zo blijft je motor schoon, stil en betrouwbaar.
Conclusie
Welke motor olie heb ik nodig lijkt een lastige vraag, maar het antwoord ligt in het instructieboekje. Kies een olie die exact voldoet aan de ACEA of API eisen en de fabrikantgoedkeuring van jouw auto. Bepaal daarna binnen die grenzen de juiste viscositeit voor jouw rijprofiel. Peil en ververs op tijd en vul rustig bij. Met deze aanpak rijd je stiller, zuiniger en verleng je de levensduur van je motor.
Welke motor olie heb ik nodig voor mijn auto op kenteken?
Het makkelijkst is het instructieboekje raadplegen en te kijken naar de vereiste ACEA of API en de fabrikantgoedkeuring, bijvoorbeeld VW 504 00 507 00 of BMW Longlife 04. Online kentekenadviseurs koppelen dit vaak aan jouw motorvariant. Merk is minder belangrijk dan het voldoen aan deze normen en approvals.
Kan ik verschillende merken of diktes mengen als ik moet bijvullen?
In nood mag je kleine hoeveelheden bijvullen met een olie die dezelfde specificatie en vergelijkbare viscositeit heeft. Volledig mengen van uiteenlopende types of specificaties is af te raden. Meng nooit een olie zonder de juiste ACEA of fabrikantgoedkeuring in een motor die die eisen stelt. Ververs zo snel mogelijk volledig.
Wat betekenen ACEA C2 en C3 bij de vraag welke motor olie heb ik nodig?
ACEA C klassen zijn ontwikkeld voor motoren met roetfilter en gevoelige katalysatoren. C2 en C3 zijn low of mid SAPS en beschermen nabehandeling. Volg wat de fabrikant vraagt. Staat in jouw boekje C3, kies dan ook echt een olie met ACEA C3 en de juiste OEM approval om schade en storingen te voorkomen.
Hoe vaak moet ik mijn olie verversen als ik vooral korte ritten rij?
Korte ritten zorgen voor verdunning door condens en brandstofresten. Volg de fabriekstermijn, maar trek hem bij veel stadsritten iets naar je toe. Vervang altijd het filter en peil maandelijks. Kies binnen de voorschriften een olie met passende viscositeit en actuele norm, bijvoorbeeld API SP of ACEA C2 C3 voor moderne motoren.
Welke motor olie heb ik nodig voor een moderne turbobenzine met kans op LSPI?
Kies een olie die expliciet LSPI helpt voorkomen, zoals API SP of GM dexos1 Gen 2, en houd je aan de OEM approval. Vaak kom je uit op 0W20 of 5W30, afhankelijk van het boekje. De juiste specificatie is belangrijker dan het merk. Vul niet te dik bij, dat kan koude smering verslechteren.